zondag 21 november 2021

Zes soorten strijdvragen

De status van een geschil is de fundamentele vraag die aan de strijdvraag van het geschil ten grondslag ligt. De klassieke statusleer onderscheidt drie logische statussen. Dit zijn achtereenvolgens de conjecturale- of feitelijkheidsstatus (of iets het geval is), de definitiestatus (wat het geval is) en de hoedanigheidsstatus (van welke morele of andere normatieve aard het is). Zo kunnen er drie typen strijdvragen onderscheiden worden. Er zijn daarnaast algemene of onbepaalde en bijzondere of bepaalde strijdvragen. Bepaalde strijdvragen betreffen in tegenstelling tot onbepaalde strijdvragen concrete personen, plaatsen en tijden. Een geschil in meest eigenlijke zin wordt een zaak genoemd en een zaak betreft altijd een bepaalde strijdvraag. Toch behoren ook de onbepaalde strijdvragen, ook wel de abstracte algemene wijsgerige kwesties genoemd, tot de retorica. Zo ontstaan er zes soorten strijdvragen. De vraag of Milo Clodius heeft gedood is een bijzondere conjecturale strijdvraag, de vraag of het moord was een bijzondere definitievraag, en de vraag of de moord van Milo op Clodius rechtvaardig was een bijzondere hoedanigheidsvraag. De vraag of er rechtvaardige oorlogen kunnen dan wel geweest zijn betreft een algemene conjecturale vraag, de vraag wat moord is een algemene definitievraag, en de vraag of nut eervol is een algemene hoedanigheidsvraag.