vrijdag 12 oktober 2018

Het Retorische Weten II

Vanmiddag op een zonnig terras in de binnenstad van Amsterdam een mooi gesprek gehad met mijn uitgever Leesmagazijn. In juni 2019 verschijnt Het Retorische Weten II. Hierin worden mijn overige belangrijkste essays opgenomen - inclusief enkele zeer recente. Dit tweede en tevens laatste deel van Het Retorische Weten maakt het tot een uniek tweeluik.

1 opmerking:

Anoniem zei

Beste Emanuel,

Je zegt in de brief aan Thijs van Nieuwkerk dat de oerknaltheorie een belangrijke aanwijzing oplevert voor het bestaan van God en dat God in ieder geval het universum geschapen heeft als hij bestaat.

Ik denk dat Thijs van Nieuwkerk slim genoeg is om te doorzien dat dit een betekenisloze uitspraak is als je niet eerst definieert wat je onder God verstaat.
Zonder dit eerst aan te geven heeft zo'n uitspraak niet méér betekenis dan de bewering dat de oerknaltheorie een belangrijke aanwijzing is voor het bestaan van Quanjele.

Verderop in je brief blijkt dat jouw conclusie de definitie van God is waar je kennelijk impliciet van uit bent gegaan. Je zegt daar dat God een bewust wezen is dat de oorsprong is van het universum.

Nu is er logisch gezien niets mis met een bewust wezen dat de oorsprong is van het universum. Maar er is logisch bezien evenmin iets mis met een bewust wezen dat niet de oorsprong is van het universum. Veronderstel immers eens dat het universum geen oorzaak heeft. Als ons heelal een oorzaak heeft wil dat nog geenszins zeggen dat het totale universum een oorzaak heeft.

Er lijkt geen dwingende reden te zijn om te beweren dat een bewust wezen de oorsprong zou zijn van het universum en de mogelijkheid dat een bewust wezen niet de oorsprong is van het universum te negeren.
De enige logisch verantwoorde conclusie die ik mij meen te mogen toestaan is: Er is (in de ontologische orde) wel of niet een bewust wezen dat de oorsprong is van het universum.

vr. groet,
Jac