donderdag 15 december 2016

Een productieregel voor mogelijkheden

Als stand van zaken A metafysisch mogelijk en eveneens voldoende concreet voorstelbaar is, dan is elke dicht bij A liggende voorstelling ook metafysisch mogelijk. Dit lijkt mij een belangrijke productieregel voor het genereren van metafysische mogelijkheden uitgaande van een gegeven metafysische mogelijkheid. Nu is het zo dat wanneer een stand van zaken voldoende concreet voorstelbaar is, we altijd wel een andere voldoende concreet voorstelbare stand van zaken kunnen vinden die er dicht bij ligt. Maar dan volgt dat een stand van zaken die voldoende concreet voorstelbaar is niet metafysisch noodzakelijk kan zijn.* Metafysisch noodzakelijk bestaande standen van zaken zijn dus niet voldoende concreet voorstelbaar. Dit lijkt mij eveneens een belangrijke regel voor een mogelijke werelden calculus.

(*) De afleiding hiervan gaat als volgt. Laat A een voldoende concreet voorstelbare stand van zaken zijn. We kunnen dan een voldoende concreet voorstelbare stand van zaken A' vinden die dicht bij A ligt. Neem voor reductio aan dat A metafysisch noodzakelijk bestaat. Stand van zaken A is dus in elk geval metafysisch mogelijk. Op grond van de productieregel is de heel dicht bij A liggende stand van zaken A' ook metafysisch mogelijk. Maar dan is er redelijkerwijs een mogelijke wereld met A' en zonder A. Hieruit volgt dat A niet metafysisch noodzakelijk bestaat.

Naschrift: In bovenstaande afleiding maak ik gebruik van dit aanvullende mijns inziens redelijke principe: Indien X en Y allebei metafysisch mogelijk zijn en bovendien minimaal van elkaar verschillen, dan verhouden ze zich ten opzichte van elkaar als metafysische alternatieven, zodat X en Y allebei niet noodzakelijk bestaan.

8 opmerkingen:

Anoniem zei

Beste Emanuel,
Je zegt:
"Neem voor reductio aan dat A metafysisch noodzakelijk bestaat. Stand van zaken A is dus in elk geval metafysisch mogelijk. Op grond van de productieregel is de heel dicht bij A liggende stand van zaken A' ook metafysisch mogelijk. Maar dan is er redelijkerwijs een mogelijke wereld met A' en zonder A. Hieruit volgt dat A niet metafysisch noodzakelijk bestaat".

Is hier geen vergissing in het spel?
Als ik voor reductio aanneem dat A metafysisch noodzakelijk, en derhalve in alle mogelijke werelden bestaat, dan mag ik inderdaad aannemen dat er redelijkerwijs een mogelijke wereld is met A', maar niet dat er redelijkerwijs een mogelijke wereld is zonder A. Immers in mijn aanname bestaat A in alle mogelijke werelden.

vriendelijke groet,
Herman

Emanuel Rutten zei

Beste Herman,

De in mijn afleiding niet expliciet gemaakte veronderstelling is dat als X en Y allebei mogelijk zijn en minimaal van elkaar verschillen, ze zich ten opzichte van elkaar als alternatieven verhouden, zodat X in plaats van Y kan optreden en andersom. Hieruit volgt dan dat X en Y allebei niet noodzakelijk zijn. Wanneer we dit principe accepteren ontstaat de gewenste tegenspraak. Want dan volgt dat A (en trouwens ook A') contingent en dus niet noodzakelijk is, hetgeen de gewenste tegenspraak oplevert met de reductio aanname.

Groet,
Emanuel

Anoniem zei

Beste Emanuel,

"... zodat X in plaats van Y kan optreden en andersom" Ja natuurlijk, als X met uitsluiting van Y kan optreden en andersom. Maar het lijkt ook denkbaar dat X en Y beide het geval kunnen zijn, hoewel zij minimaal van elkaar verschillen.

Overigens lijkt het er op dat jouw stelling een argument impliceert tegen het modaal epistemisch Godsargument.
Laten wij de waarheid van de stelling dat alle mogelijke waarheden kenbaar zijn een concreet voorstelbare stand van zaken noemen. Je hebt althans in je argumentatie voor deze stelling concreet voorstelbaar proberen te maken dat alle mogelijke waarheden kenbaar zijn.
Dan zou de waarheid van deze stelling geen metafysisch noodzakelijke stand van zaken zijn.
Ook de waarheid van de stelling dat"God bestaat niet" onkenbaar is is concreet voorstelbaar, zoals je goed beargumenteerd hebt.De waarheid van beide premissen kan dan geen metafysisch noodzakelijke stand van zaken zijn.
Hoe kan dan de afleiding uit twee standen van zaken die, hoewel metafysisch mogelijk, niet metafysisch noodzakelijk zijn de conclusie opleveren dat het bestaan van God een metafysisch noodzakelijke stand van zaken is?
Moet de conclusie niet zijn dat wij niet weten dat God noodzakelijk bestaat en dat wij evenmin weten dat hij onmogelijk bestaat?


met vriendelijke groet.
Herman

Emanuel Rutten zei

Beste Herman,

Natuurlijk is het ook denkbaar dat X en Y beide het geval kunnen zijn. Dat is evident. Maar het is dus ook denkbaar dat X in plaats van Y kan optreden, en omgekeerd, zodat er dus mogelijke werelden zijn zonder X en eveneens mogelijke werelden zijn zonder Y. Kortom, X en Y zijn contingent en daar ging het mij om.

Groet,
Emanuel

Emanuel Rutten zei

Beste Herman,

Verder betreft mijn principe (concrete) standen van zaken of (concrete) entiteiten en geen proposities. Er treedt dan ook geen probleem voor mijn modaal-epistemisch Godsargument op.

Groet,
Emanuel

Anoniem zei

Beste Emanuel,

"Verder betreft mijn principe (concrete) standen van zaken of (concrete) entiteiten...."
Bedoel je daarmee dat het alleen over materiële entiteiten gaat of over entiteiten afgezien of zij materieel dan wel immaterieel zijn?
Nog een vraag die hiermee verband kan houden is: Gaat jouw stelling ook op als "voldoende concreet voorstelbaar" vervangen wordt door "niet logisch inconsistent"?

vriendelijke groet,
Herman



Anoniem zei

Beste Emanuel,
Sorry, ik beging een vergissing. Mijn vraag moet zijn: "Gaat jouw stelling ook op voor alle standen van zaken die niet logisch inconsistent zijn"?

Overigens lijkt *iedere* stand van zaken metafysisch mogelijk en "niet logisch inconsistent"; anders kon het geen stand van zaken zijn.
Mogen wij de zinsnede: "Als stand van zaken A" vervangen door: "Als een voorgestelde stand van zaken A"? Of door: "Als een geconcipieerde stand van zaken A"?
Het bezwaar kan ook ondervangen worden door de zinsnede "metafysisch mogelijk en eveneens" gewoon weg te laten.
vriendelijk groet,
Herman

Emanuel Rutten zei

Beste Herman,

Met concrete entiteiten bedoel ik entiteiten die niet abstract zijn. In tegenstelling tot abstracte entiteiten hebben concrete entiteiten causale vermogens. Abstracte entiteiten zijn causaal inert. Het getal 2 bijvoorbeeld kan niets veroorzaken. Concrete entiteiten kunnen zowel materieel als immaterieel zijn. God is een voorbeeld van een immateriële concrete entiteit. Een ander voorbeeld van een immateriële concrete entiteit is de menselijke ziel.

Groet,
Emanuel