zondag 6 maart 2016

Kairos

1. Alles heeft zijn uur,
alle dingen onder de hemel hebben hun tijd.
2. Er is een tijd om te baren en een tijd om te sterven,
een tijd om te planten en een tijd om wat geplant is te oogsten.
3. Een tijd om te doden en een tijd om te genezen,
een tijd om af te breken en een tijd om op te bouwen.
4. Een tijd om te huilen en een tijd om te lachen,
een tijd om te rouwen en een tijd om te dansen.
5. Een tijd om stenen weg te gooien en een tijd om stenen te verzamelen,
een tijd om te omhelzen en een tijd om van omhelzen af te zien.
6. Een tijd om te zoeken en een tijd om te verliezen,
een tijd om te bewaren en een tijd om weg te doen.
7. Een tijd om stuk te scheuren en een tijd om te herstellen,
een tijd om te zwijgen en een tijd om te spreken.
8. Een tijd om lief te hebben en een tijd om te haten,
een tijd voor oorlog en een tijd voor vrede.

(Prediker 3, 1-8)

2 opmerkingen:

Jan zei

IJdelheid der ijdelheden, zegt de prediker; ijdelheid der ijdelheden, het is al ijdelheid.

Sunyata der sunyata's, zegt mijn boeddha; sunyata der sunyata's, het is al anattā.

Jan zei

14 Ik zag al de werken aan, die onder de zon geschieden; en ziet, het was alles gebakken lucht en kwelling des geestes.
15 Het kromme kan niet recht gemaakt worden; en hetgeen ontbreekt, kan niet geteld worden.
16 Ik sprak met mijn hart, zeggende: Zie, ik heb wijsheid vergroot en vermeerderd, boven allen, die voor mij te Jeruzalem geweest zijn; en mijn hart heeft veel wijsheid en wetenschap gezien.
17 En ik begaf mijn hart om wijsheid en wetenschap te weten, onzinnigheden en dwaasheid; ik ben gewaar geworden, dat ook dit een kwelling des geestes is.
18 Want in veel wijsheid is veel verdriet; en die wetenschap vermeerdert, vermeerdert smart.