vrijdag 4 juli 2025
'Wat is nou waar? Zeven regels om helder te denken in verwarrende tijden' - recensie voor filosofisch tijdschrift Sophie (2025-2)
Het is een boek waarvan de urgentie voelbaar is. We leven in verwarrende tijden en veel mensen vragen zich af naar welke stemmen ze nog kunnen luisteren en welke bronnen ze nog kunnen vertrouwen. Hoe moeten we omgaan met de enorme hoeveelheid informatie die bijna dagelijks op ons afkomt en steeds vaker afkomstig is van dubieuze bronnen? Peels en De Ridder behandelen een zevental regels voor helder en kritisch denken om orde te scheppen in de chaos. De regels worden in een logische volgorde besproken. Het boek begint met richtlijnen die ons eigen denken betreffen, zoals de regel om te reflecteren op de manier waarop je zelf denkt en de oproep om de moed te hebben van mening te veranderen. Daarna volgen handvatten voor het denken met anderen: vertrouw kritisch, sta open voor bronnen buiten je eigen bubbel en organiseer gezonde twijfel bij het gebruik van bronnen. De auteurs bespreken ook vuistregels voor het kritisch beoordelen van bronnen. Tenslotte worden aanwijzingen gegeven over hoe je je kritisch kunt verhouden tot bredere fenomenen zoals het dagelijks nieuws, wetenschappelijk onderzoek, misleidende propaganda en de wisselwerking tussen taal en wereld. Peels en De Ridder leggen daarbij helder uit hoe wetenschap, taal, nieuws en propaganda in grote lijnen functioneren. Daarnaast worden denkregels aangereikt voor het herkennen van legitieme experts en voor wanneer het verstandiger is je oordeel aan zulke experts over te laten.
Het boek is geschreven met een zo breed mogelijk publiek op het oog. Hoewel het boek op verschillende plaatsen filosofische ideeën behandelt - zoals die van William James, David Hume en Thomas Reid - is het geen boek specifiek voor filosofen. Het is bedoeld voor iedereen die goed en helder denken belangrijk vindt en zich afvraagt of daar zinvolle en bruikbare regels voor zijn.
Peels en De Ridder zijn erin geslaagd om een aantal cruciale denkregels bijeen te brengen en op een duidelijke en toegankelijke wijze uiteen te zetten. Vakjargon wordt vermeden of helder toegelicht. Het boek biedt daarbij interessante inkijkjes. Zo leert de lezer meer over welke filters in het wetenschappelijk onderzoek werkzaam zijn, hoe frames en metaforen werken, en over de aard van complottheorieën. Ook relevante gerelateerde begrippen zoals intellectuele arrogantie en kennisonrecht worden onder de aandacht gebracht. Hierbij wisselen de auteurs inzichten uit de filosofische kennisleer en wetenschapsfilosofie moeiteloos af met inzichten uit de communicatiewetenschappen.
Daarnaast is het vlot en pakkend geschreven. De regels worden toegelicht met concrete en aansprekende voorbeelden en het belang van elke denkregel wordt treffend voor het voetlicht gebracht. Mooi ook dat de uitleg zo nu en dan naar Bijbelse verhalen verwijst.
Sommige regels mogen misschien voor de hand liggen - zoals open staan voor andere meningen en jezelf kritisch bevragen - maar ook dan is het waardevol een spiegel voorgehouden te krijgen en je af te vragen: Hoe doe ik het eigenlijk op dit punt? Is verbetering mogelijk? En zo ja: hoe? Het boek helpt zo om je denkvermogen waar nodig kritisch aan te scherpen. Er zitten ook enkele verrassende regels bij, zoals de oproep om wekelijks van mening te veranderen en het nieuws te negeren. Zulke aanbevelingen worden vervolgens echter door Peels en De Ridder voldoende genuanceerd.
Het gekozen aantal van zeven regels - waarvan de auteurs overigens ruiterlijk toegeven dat het er ook best zes of acht hadden kunnen zijn - doet denken aan de zeven vinkjes van Joris Luyendijk, met het verschil dat het hier niet om privileges gaat, maar om zaken waarvan iedereen zich meester kan en zou moeten willen maken om niet te verdwalen in beperkte bubbels of juist een teveel aan stemmen en bronnen.
In een tijd waarin nepnieuws en misinformatie duidelijk aanwezig zijn, veel burgers door polarisatie tegenover elkaar staan en er mensen zijn die vastzitten in filterbubbels, willen de auteurs net zoals Descartes met regels voor het denken richting te geven aan het verstand. Peels en De Ridder kiezen voor onze verwarrende tijd echter nadrukkelijk een andere invalshoek dan Descartes. Interessant genoeg wijzen de auteurs er tegelijk op dat het met nepnieuws, bubbels en polarisatie minder erg gesteld is dan vaak wordt aangenomen.
Dit boek komt op een goed moment omdat onze tijd vraagt om heldere en bruikbare denkregels. Niet elke regel mag dan even verrassend zijn - soms ligt de inhoud dicht bij wat veel lezers al wel zullen weten - maar juist herkenning helpt om ons te spiegelen in de spiegel die dit boek ons voorhoudt. Al met al kan Wat is nou waar? met zijn pleidooi voor denkmoed en denknuance in zekere zin beschouwd worden als een eigentijdse Regulae die hopelijk helpt om de hedendaagse verwarring te verminderen.
Abonneren op:
Posts (Atom)