In de christelijke traditie wordt van God gezegd dat Hij de wereld heeft geschapen uit het niets. Maar is dit eigenlijk wel mogelijk? Wie meent dat zoiets niet kan, heeft daarmee een argument tegen het bestaan van God in handen. Is dit argument echter overtuigend?
Er zijn genoeg redelijke argumenten voor het bestaan van God, zoals het kosmologisch argument, het ‘fine tuning’ argument, het moreel argument en het modaal-epistemisch argument. Maar uiteraard zijn er ook argumenten gegeven tegen het bestaan van God.
Een atheïstisch argument dat met enige regelmaat wordt geopperd gaat als volgt. Als God bestaat, dan is God de grond van de werkelijkheid. Alles wat buiten God bestaat, is dan direct of indirect door God voortgebracht. Er is niets dat op dezelfde hoogte staat als God. Maar dan moet God de wereld hebben voortgebracht uit het niets. Stel namelijk dat God aanvankelijk uit ‘iets’ zou scheppen. In dat geval is dat ‘iets’ niet uit God voortgekomen, wat in tegenspraak is met God als de oorsprong van alles. Kortom, als God bestaat, dan moet God de wereld uit het niets hebben geschapen. Wij kunnen ons echter geen enkele redelijke voorstelling maken van hoe dit in zijn werk zou kunnen gaan. Dit wijst erop dat het onmogelijk is om iets uit niets te scheppen. Maar dan volgt dat God niet bestaat, aldus dit argument.
Is dit argument overtuigend? Als God bestaat, dan moet God inderdaad de hele wereld uit het niets hebben voortgebracht. En dit vanwege de hierboven genoemde reden. In de christelijke traditie wordt niet voor niets gesproken over schepping uit niets (creatio ex nihilo).
Maar waarom zou dit onmogelijk zijn? Scheppen componisten hun creaties (muziekstukken) in een bepaald opzicht niet eveneens uit het niets? En waarom zou God niet machtig genoeg kunnen zijn om iets te doen wat wij ons niet kunnen voorstellen? Is een dergelijke daad niet juist passend voor een machtige God, nota bene de absolute grond en oorsprong van alles?
Het idee van het argument lijkt te zijn dat iets hoe dan ook niet uit niets kan ontstaan. Want als er helemaal niets is, hoe zou daaruit dan iets kunnen voortkomen? Nu is het inderdaad redelijk om te denken dat uit niets niets ontstaat (ex nihilo nihil fit). Het punt is echter dat dit principe geen probleem voor een uit het niets scheppende God oplevert. De wereld wordt immers geschapen door God, zodat de wereld uit God en dus niet uit het niets voortkomt.
Bovendien is het zo dat we ons wel degelijk een bepaalde voorstelling kunnen maken van een God die uit het niets de wereld schept. Ik zal beknopt een denkbaar scenario schetsen van hoe dit eventueel in zijn werk zou kunnen gaan. Hoewel het inderdaad onmogelijk lijkt om direct uit het niets allerlei concrete objecten, zoals sterren, planeten en manen te scheppen, is dit niet iets dat ‘creatio ex nihilo’ eist. Het zou namelijk goed kunnen dat God in verschillende fasen de wereld schept, waarbij het verschil tussen deze fasen zo klein is dat het alleszins voorstelbaar wordt dat God steeds de ene in de andere fase kan laten overgaan.
Neem het volgende traject. God kan aan allerlei zaken denken. Stel je nu eens voor dat God in de eerste fase bepaalde gedachten heeft en uit deze gedachten louter ‘abstracte’ objecten vormt, zoals getallen. Gods denken aan ‘tweeheid’ leidt bijvoorbeeld tot het ontstaan van het getal twee. Deze abstracte objecten zouden vervolgens een van Gods denken onafhankelijk bestaan kunnen krijgen. Het getal twee bestaat dan als abstract object los van de gedachten van God. Dit is vergelijkbaar met een dichter die vanuit zijn geest een gedicht schept dat als abstract object los van de geest van de dichter kan gaan bestaan.
Een niet ondenkbare vervolgstap is dan dat God deze abstracte objecten transformeert in ‘minimale concrete’ objecten, namelijk in concrete objecten zonder enige massa. Volgens de hedendaagse theoretische natuurkunde zijn dergelijke minimale concrete objecten inderdaad denkbaar, zoals virtuele deeltjes met massa en lading ‘nul’ en universums met straal ‘nul’. De stap van eerdergenoemde abstracte objecten naar dergelijke minimale concrete objecten is niet zo groot dat deze stap redelijkerwijs als onmogelijk beschouwd moet worden.
Vervolgens zou God in een vervolgfase vanuit deze minimale concrete objecten het ontstaan van meer substantiële concrete objecten kunnen bewerkstelligen, namelijk concrete objecten die wél een bepaalde massa hebben. De moderne fysica leert ons eveneens dat een dergelijke overgang denkbaar is. Er zijn onder andere kosmologische modellen die laten zien hoe een universum met straal ‘nul’ (een minimaal concreet object) kan overgaan in een omvangrijk universum gevuld met materie (een substantieel concreet object).
De zo ontstane concrete substantiële objecten zouden zich in een laatste fase verder kunnen ontwikkelen tot de vele objecten die ons vertrouwd zijn, zoals de sterren en planeten van ons universum. Op deze gefaseerde manier lijkt schepping uit het niets wel degelijk voorstelbaar, zodat ook het bezwaar dat wij ons op geen enkele manier een voorstelling kunnen maken van ‘creatio ex nihilo’ vervalt. Het besproken argument tegen het bestaan van God is dan ook niet overtuigend. Het dient net zoals vele andere atheïstische argumenten verworpen te worden.
Dr. ir. Emanuel Rutten is als onderzoeker verbonden aan het Abraham Kuyper Centrum voor Wetenschap en Religie van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Heeft u een vraag voor deze rubriek of wilt u reageren? weerwoord@refdag.nl
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
14 opmerkingen:
Emanuel, Als God schiep uit het Niets dan was er toch in ieder geval naast het Niets God, dus niet Niets.
Risto wrote:
Hi,
first, I apologize for the language of this comment. It’s still too arduous a task for me, and takes way too much time, to write this long texts in Dutch.
I fail to see how God creating the world in phases would solve the problem. It’s conceivable that God can think abstract objects such as numbers into existence. But that these causally impotent immaterial objects somehow just turn or evolve into causally potent concrete objects, be they material or immaterial, seems like magic to me. Magic is counter-intuitive and defies reason until you know how the trick is done. And in this case, I think, the trick remains a mystery.
When a composer composes a symphony, he or she doesn’t leap from material objects to immaterial objects. Both the mind and the product of the mind are immaterial. The composer uses paper and pen to note down the composition and musicians use instruments to actually play it, but the symphony itself is immaterial. This cannot be compared to immaterial God creating the material world.
It seems impossible to explain how material objects could ever produce such causally potent immaterial objects as minds. This is why many naturalists deny the causal potency of mind. They deem our whole mental life a sort of reflection of matter, as it were, and therefore causally impotent (though this “reflection”, too, is difficult to explain on naturalism). This conclusion is of course very counter-intuitive and even absurd, but that’s a different story.
Now, isn’t the problem with God creating the material world out of nothing fraught with similar problems, just from the opposite direction? How is it possible to get material out of immaterial? If supernaturalists accuse naturalists of being guilty of resorting to unreasonable explanations, or rather non-explanations (“the mind just emerges from the brain” etc.), naturalists can throw this accusation right back at supernaturalists.
Of course we could deny the existence of matter altogether. Admittedly, this too is counter-intuitive. But it’s not as absurd as naturalists’ desperate attempts to explain away our mental properties. It’s obvious that immaterial exists. It’s less obvious that material exists. Berkeleyan idealism is a possibility. We and the whole creation could be a symphony of God. This would wipe out the problem of bringing forth material out of immaterial. But if we were just individual notes in a symphony of God, would our minds be causally impotent?
As a side note, is it even possible for a traditional Christian to embrace idealism? One could protest that idealism fails to take Genesis seriously and leads to some form of Gnosticism.
Risto
Dear Risto,
The claim is not that these abstract objects just turn or evolve into concrete objects. The claim is that the potentiality of bringing about this transition is in Gods power. So it is God that actively transforms abstract objects into concrete objects. Moreover, it is not said that God is able to produce causally potent concrete objects directly from abstract objects. The suggestion is that this happens in stages as well. The first step would be for God to produce minimal concrete objects, that is, concrete objects with minimal or no causal capabilities. In a subsequent step, God would transform these minimal concrete objects into concrete objects having a wider range of causal capabilities.
Regards,
Emanuel
Beste Lucas,
In mijn bijdrage schreef ik: "De wereld wordt immers geschapen door God, zodat de wereld uit God en dus niet uit het niets voortkomt." Vanwaar jouw behoefte om dit punt te herhalen?
Groet,
Emanuel
Emanuel, ik moet tot mijn schande bekennen dat ik niet goed heb gelezen. Neem mij niet kwalijk.
Hi,
I expressed myself poorly. I didn’t mean that the abstract objects could turn or evolve into concrete objects by themselves, without any influence from without, but precisely somehow by the power of God.
But why would God need to create in phases in the first place? If it’s at all possible to create something from nothing, why couldn’t God just create complex concrete objects directly? Does it, for example, require time to create such things?
I was trying to express the qualitative difference between abstract and concrete objects, and between immaterial and material objects. I can’t see how positing these “middle objects” could alleviate the problem. Are these minimal concrete objects truly concrete? Or are they still abstract? Material or immaterial? Both or neither?
From your article I get the impression that all objects are qualitatively made of the same substance, whatever that might be (maybe “such stuff as dreams are made on”), and that the difference between them is merely quantitative, as if they could be placed on a smooth continuum from non-existence via simple existence to complex existence. You can’t leap directly from non-existence to complex existence but have to build your way block by block. This brings to mind the materialistic creation story from simple material objects to complex material objects. But precisely because of the qualitative difference, the materialistic story can explain only the transition from simple matter to complex matter but not the leap from non-existence to existence or from material to immaterial. However, it seems to me that in your article you are unjustifiably diminishing this qualitative difference between material and immaterial objects, although I have to admit that your examples from physics make me ponder.
Perhaps the creation is simply a miracle. I don’t have problems with miracles because I don’t have problems with the existence of God. Maybe our existence just requires a miracle. Of course, this option is not open for atheists, as miracles don’t happen without God.
Or are there limits to miracles (other than the limits of logic)? Is it conceivable, for instance, that in the middle of history someone can turn water into wine because all the stuff needed in this transformation is already in existence in the world, whereas creating a nice bottle of wine instantaneously out of absolutely nothing is just too much even for a miracle performing God?
Risto
@ Emanuel
Twee vragen.
Vraag 1: in hoeverre verschilt jouw “denklijn”met het emanationisme?
Vraag 2: en hoe komen we nu in jouw “denklijn”” bij de Big Bang uit?
Beste Emanuel,
Alles wat er is is een manifestatie van energie. En volgens de eerste wet van de thermodynamica gaat energie nooit verloren. Maar dan ligt het ook voor de hand dat er altijd energie geweest is.
Hoe dat kan is een mysterie dat op zichzelf al groot genoeg is.
Waarom zou het nodig zijn om daar nog eens een ander mysterie, namelijk dat van een altijd bestaan hebbende god aan toe te voegen?
met vriendelijke groet,
Mark
Hi Risto,
Thanks for your thoughtful post. Really appreciated. You state that my article gives you the impression that all objects are qualitatively made of the same substance. Now, I do not think that, say, abstract and concrete objects are made of the same stuff. And nothing I say in my article contradicts this belief. Further, certain acts of God can indeed be properly called miracles. But that will not help in refuting the atheist's argument that creatio ex nihilo is impossible. After all, even miracles have to be possible.
Best regards,
Emanuel
Beste Nand,
Het door mij geschetste scenario is niet noodzakelijkerwijs een emanatiescenario. Gods gedachten leiden allereerst tot mentale objecten in Gods geest. Daarna zorgt God ervoor dat er abstracte objecten ontstaan die in alle opzichten aan deze mentale objecten gelijk zijn, behalve dan dat ze onafhankelijk van Gods geest bestaan. Ze krijgen als abstracte objecten een eigenstandig bestaan. En dit hoeft niet begrepen te worden als een emanatie van mentale objecten uit Gods geest. Het is veeleer zo dat God abstracte objecten schept naar het model van de mentale objecten in zijn geest. Verder kan de Big Bang begrepen worden als het moment waarop minimale concrete objecten overgaan in substantiële concrete objecten.
Groet,
Emanuel
Beste Lucas,
Geen probleem!
Groet,
Emanuel
Beste Mark,
Over jouw opmerkingen zou ik veel te zeggen hebben. Ze gaan echter niet over mijn bijdrage.
Groet,
Emanuel
Beste Emanuel,
Mijn reactie gaat weliswaar niet inhoudelijk in op jouw bijdrage, maar ze suggereert dat die bijdrage wellicht overbodig (te veel van het goede, te veel van het moeilijke) is.
Leert de natuurkunde ons niet dat alles kan worden opgevat als een manifestatie van energie (ook het bedenken en aanbidden van een god) en dat energie nooit verloren gaat?
Wordt dan de altijd terugkerende vraag: "waarom is er iets?" dichter bij een oplossing gebracht door voorbij te gaan aan het adagium: "entia non sunt multiplicanda sine necessitate"?
Want dat doet men toch als men aan het "iets" dat we al kennen en wat op zich al mysterieus genoeg is (namelijk energie) ook nog eens een ander "iets" toevoegt dat eveneens mysterieus en onverklaarbaar is (namelijk en immaterieel wezen dat altijd bestaan heeft).
met vriendelijke groet,
Mark
Beste Mark,
Nee, dat is niet teveel van het goede. Voor redelijke argumenten voor het bestaan van God kun je terecht op gjerutten.nl. Een goed begin zijn de teksten getiteld "Redelijke argumenten voor theïsme: een cumulatieve casus (I, II en III)", "Over de rationele rechtvaardiging van Godsgeloof" en "Hoe kun je wereldbeelden redelijk beoordelen?".
Groet,
Emanuel
Een reactie posten