"The reader of Kant cannot fail to wonder how the critical thinker could ever establish conditions of thought that are a priori. With what instruments can he formulate the conditions of legitimacy of judgments when he is not yet supposed to have any at his disposal? How, in short, can he judge properly 'before' knowing what judging properly is, and in order to know what it might be?"
J-F. Lyotard, Lessons on the Analytic of the Sublime, translation Elizabeth Rottenberg, Stanford University Press, 1994, 32.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Daar ben ik het mee eens. Hetzelfde geldt voor Plato's beroemde grotgelijkenis. Precies om deze reden beweer ik dat Kant en Plato nauwelijks van belang zijn voor de natuurwetenschappen.
Beste MNb,
Met Lyotard ben ik het ook van harte eens. Ik meen echter een alternatieve kennisleer ontwikkeld te hebben waarin genoemd probleem vermeden wordt. Zie eventueel http://bit.ly/ebYueY.
Dat Kant nauwelijks van belang is voor de fysica mag waar zijn, maar dat heeft niet zoveel te maken met het probleem waarop Lyotard terecht wijst.
Groet,
Emanuel
Een reactie posten