Voor ons als mensen is het lastig, ik zou haast zeggen onmogelijk, om ons een wereld zonder laatste grond voor te stellen. Wij kunnen haast niet anders denken dan dat de wereld tenslotte teruggaat op een absolute onvoorwaardelijke drager, welke het antwoord vormt op de vraag waarom er überhaupt iets is in plaats van veeleer niets. Immers, een wereld waarin alles wat bestaat voor zijn of haar bestaan afhankelijk is van iets anders betreft een grondeloze in het niets wegzinkende wereld van louter contingenties, hetgeen voor ons als mensen inderdaad volstrekt absurd lijkt. Daarom zijn wij als mensen gerechtvaardigd om te denken dat er een uiteindelijke oorsprong van de werkelijkheid moet zijn, een ‘metaphysical ultimate’. De these dat er een laatste soevereine, van niets anders meer afhankelijke, bron van alles is, betreft dus een alleszins verdedigbaar uitgangspunt van metafysisch denken. In laatste instantie moet er een ultieme grond van alles zijn, ‘een eerste beginsel’, ook al hebben wij op voorhand geen idee wat de aard van deze oorsprong van de werkelijkheid is.
Naast natuurlijk zo goed als alle theïsten zullen er ook atheïsten zijn die zich in bovenstaande redenering kunnen vinden. Hoewel deze atheïsten het bestaan van God categorisch ontkennen kunnen zij zich wel vinden in de redenering dat het redelijk is om te denken dat er ‘iets’ moet zijn waarin alle (meta)fysische verklaringen uiteindelijk tot rust komen en waarvoor dus geen verdere verklaring meer gegeven kan worden. Kortom, genoemde atheïsten accepteren, net zoals praktisch alle theïsten, dat de wereld tenslotte teruggaat op een absolute grond.
De vraag is vervolgens of wij in staat zijn om wat meer te achterhalen over de aard van deze ultieme oorsprong van de wereld. Zelf ben ik van mening dat dit inderdaad het geval is. Zo zijn er verschillende argumenten te geven voor het persoonlijk zijn van de wereldgrond.
Neem bijvoorbeeld het bekende kosmologische verschijnsel van fine-tuning. De fundamentele natuurconstanten blijken precies die getalswaarden te hebben die intelligent leven mogelijk maken. Zo goed als alle andere getalswaarden zou dit nagenoeg onmogelijk gemaakt hebben. Er lijken slechts drie verklaringen gegeven te kunnen worden voor dit verschijnsel, namelijk bruut toeval, (meta)fysische noodzakelijkheid en opzettelijke intentionaliteit. Toeval kan redelijkerwijs uitgesloten worden omdat de kans dat de natuurconstanten precies die waarden hebben die nodig zijn om intelligent leven mogelijk te maken onvoorstelbaar verwaarloosbaar klein is. Noodzakelijkheid valt eveneens af omdat de fundamentele natuurconstanten volgens onze huidige inzichten ook andere getalswaarden gehad hadden kunnen hebben. Blijft over gerichte intentionaliteit, maar dat veronderstelt een bewust handelend subject ofwel een persoon. Het is daarom niet onredelijk te stellen dat de ultieme drager van de wereld tevens het ultieme subject van de wereld betreft en dus dat de oorsprong van alles geen ‘iets’ maar een iemand is.
Of neem de gangbare these van de kosmologie dat het universum, het geheel van ruimte, tijd en energie, een eindige tijdsduur geleden is begonnen te bestaan. Het is alleszins redelijk om te veronderstellen dat iets dat begint te bestaan een ontstaansoorzaak heeft welke, indien het gaat om de oorzaak van alle tijd en ruimte, zelf niet anders dan buiten ruimte en tijd kan bestaan. Welnu, wat anders kan, aangenomen dat ‘abstracte entiteiten’ zoals logische wetten causaal inert zijn, redelijkerwijs voor deze oorzaak in aanmerking komen dan een act van een immaterieel bewustzijn? We stuiten hier dus eveneens op de redelijkheid van een persoonlijke verklaring en daarmee persoonlijke oorsprong van de kosmos.[1]
Ook kunnen we denken aan een axiologisch argument. Zo lijkt het verdedigbaar dat de arche, het eerste beginsel van alles, een waardigheid heeft die in elk geval niet lager is dan de waardigheid van ieder mens. Maar dan, precies omdat ieder mens een waardigheid heeft die boven die van alle levenloze objecten uitgaat, volgt uit de transitiviteit van de waardigheidsrelatie dat de wereldgrond geen onpersoonlijk voorwerp of onpersoonlijk fluïdum kan zijn. De oorsprong van de wereld moet derhalve, net zoals de mens, eveneens persoonskenmerken ofwel subjectkarakter bezitten. Zij is derhalve geen ‘iets’, maar een iemand.
Verder kan gewezen worden op een vruchtbare gedachte van D. Georgoudis. Hij ontleent een argument aan de idee van een parallellie tussen de ‘kenorde’ en de ‘zijnsorde’ van de wereld. Indien alle kennis in laatste instantie geen kwestie is van louter formele mechanische ontdekking, maar juist van begripsvorming, van het persoonlijk vertrouwd raken met ofwel het persoonlijk ‘verstaan’ van de wereld, dan is het redelijk om te veronderstellen dat de grond van de wereld evenmin een mechanische natuur heeft, maar in plaats daarvan ook persoonlijk is.
We zien dus dat de overtuiging dat de wereld tenslotte is gegrond in een persoonlijke eerste oorzaak allesbehalve irrationeel is. Wie, zoals ook een deel van de atheïsten doet, erkent dat het niet onredelijk is om te veronderstellen dat er een absoluut oorsprongsprincipe moet zijn waarop de hele werkelijkheid uiteindelijk teruggaat, kan nauwelijks meer volhouden dat het onzinnig is om te denken dat deze eerste oorzaak geen ding, maar een subject is. De ultieme grond van de werkelijkheid kan derhalve plausibel als persoon gedacht worden. Maar dat is wat wij allen God noemen, zou Aquino zeggen.
[1] Dit en het voorgaande kosmologische argument wordt in de literatuur uitgebreid besproken. Zie bijvoorbeeld de Blackwell Companion to Natural Theology, Blackwell Publishing, 2009.
dinsdag 20 december 2011
Van 'iets' naar iemand
Labels:
absolute,
atheisme,
axiologie,
big bang,
fine tuning,
god,
kenorde,
kosmologie,
metafysica,
theisme,
ultieme,
waarden,
zijnsgrond,
zijnsoorzaak,
zijnsorde
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
10 opmerkingen:
"Toeval kan redelijkerwijs uitgesloten worden omdat de kans dat de natuurconstanten precies die waarden hebben die nodig zijn om intelligent leven mogelijk te maken onvoorstelbaar verwaarloosbaar klein is."
Dat is helemaal niet zo redelijk. Kansberekening is, zoals u ongetwijfeld weet, een riskante bezigheid.
http://www.talkreason.org/articles/fined.cfm
http://www.infidels.org/library/modern/theodore_drange/tuning.html
http://www.talkreason.org/articles/super.cfm
U zult deze artikelen als wiskundige ongetwijfeld kunnen waarderen. Of dat voor de conclusies ook geldt is een andere vraag.
Ook deze is er nog, van Victor Stenger:
Theist: But isn't the universe fine tuned for life? Isn't it true that the slightest change of any one of a number of physics constants would make life impossible? Is this not evidence for a universe intelligently designed for life?
Atheist: The universe is not fine tuned for life. Life is fine tuned for the universe. If we had a universe with different constants, we might have a different kind of life.
T : Doesn't life require carbon, which would not exist without a delicate balance of nuclear parameters?
A: Our kind of life, yes. We do not know about other kinds of life.
T: You can't prove that life is possible without carbon.
A: I do not have the burden of proof here. You are making the claim that only one kind of life is possible, carbon-based life. You have to prove that. I am simply saying that we do not know and so cannot say the universe is designed for life as we know it. It could have been an accident. Nothing in current science says that is impossible.
Een tijdje geleden vroeg u hiernaar:
T: How could this happen? Where did the matter and energy of the universe come from?
A: Matter was created from energy in the early universe. Observations indicate that the positive energy of matter is exactly balanced by negative gravitational potential energy. Thus, the total energy of the universe is zero and no energy (or very little--just the amount allowed by quantum mechanics) was required to produce the universe.
T: Where did the order of the universe come from?
A: It could have been produced spontaneously by natural processes of a type that are now beginning to be understood in physics. One such process is called "spontaneous symmetry breaking." It's like the formation of a snowflake.
Beste MNb,
Ik vrees dat ik alles behalve onder de indruk ben van de stukjes die je van internet hebt geplukt en onder mijn blogbijdrage hebt geplaatst.
In het eerste stukje wordt betoogd dat het fine-tuning argument niet valide is omdat we de kansen niet kunnen berekenen! Men denkt blijkbaar dat we alleen tot redelijke inschattingen kunnen komen indien we de relevante kansen precies kunnen uitrekenen. Welnu, dit is niet hoe rationaliteit werkt. In heel veel situaties is het volstrekt redelijk om te beweren dat iets enorm onwaarschijnlijk is, ook wanneer we de waarden van de kansen niet kwantitatief kunnen calculeren. Dit is evident. Stel je eens voor dat iemand tegen jou zou zeggen dat je niet gerechtvaardigd bent om te beweren dat het onwaarschijnlijk is dat je vandaag door een buitenaardse intelligentie zult worden benaderd omdat je de kans hierop niet kunt berekenen. Ik weet zeker dat je een dergelijk persoon niet serieus zult nemen. En terecht.
Een ander stukje stelt dat het fine-tuning argument inadequaat is omdat het slechts een gedeeltelijke verklaring biedt. Welnu, ook dit is geen interessante objectie. Stel je eens voor dat archeologen op een dag diep onder de grond midden in de woestijn extreem oude, maar zeer geavanceerde gebruiksvoorwerpen vinden. De meest redelijke verklaring voor de herkomst van deze gebruiksvoorwerpen is dan intentionaliteit, ook al hebben we geen enkel idee van de mogelijke intenties, en ook al weten we absoluut niet hoe deze geavanceerde voorwerpen door oude beschavingen gemaakt zouden kunnen zijn.
Ook wordt gestelt dat er andere verklaringen zijn voor de fine-tuning. Welnu, elders betoog ik dat multi-versum verklaringen inherent problematisch zijn. Maar het stukje gaat toch vooral in op de mogelijkheid dat er ooit een of andere fysicalistische 'theorie van alles' wordt bedacht die de fine-tuning restloos verklaard, zul je misschien tegenwerpen? Welnu, dit zou theoretisch wellicht kunnen, maar dat laat onverlet dat een beroep op fysische noodzakelijkheid gegeven de *huidige* stand van de fysica uitgesloten is. De natuurconstanten kunnen immers, uitgaande van de huidige inzichten van de fysica, andere waarden hebben. En wat is er voor ons als mensen nu rationeler om uit te gaan van de huidige stand van zaken in de fysica? Inderdaad, wat zouden we anders kunnen doen?
En dan het gesprek tussen de atheïst en de theïst hierboven. De atheïst stelt in feite, als antwoord op de vraag naar de herkomst van energie en materie dat deze vraag onzinnig is omdat er helemaal (per saldo) geen energie bestaat! Maar, er is natuurlijk wel een bepaalde positieve hoeveelheid energie van het ene type en een bepaalde positieve hoeveelheid energie van het andere type, en dat vraagt nog steeds redelijkerwijs om een verklaring. Tenzij we eenvoudigweg als het erop aan komt willen zwijgen of bepaalde fundamentele vragen naar de herkomst eenvoudigweg willen verbieden, hetgeen mij geen gezonde rationeel-kritische houding lijkt!
Verder stelt de atheïst dat leven niet op koolstof gebaseerd hoeft te zijn. Nee, natuurlijk niet. Dat is evident. Wat de atheïst zich echter niet schijnt te realiseren is dat er überhaupt geen stabiele kosmos of stabiele materie, van wat voor een soort dan ook, ontstaan zou zijn indien de waarde van slechts één van de fundamentele natuurconstanten ook maar een enorm kleine factie anders geweest zou zijn dan de waarde die deze constante feitelijk heeft. En zonder een enigzins stabiele kosmos of materie is geen enkele levensvorm mogelijk, of deze nu uit koolstof bestaat of niet.
Op de overige punten uit de door jou gevonden stukjes zal ik verder maar niet ingaan. Het zou goed zijn indien je voortaan, mocht je op mijn blog willen reageren, probeert zelf jouw eigen opvattingen onder woorden te brengen in plaats van een paar op internet gevonden stukjes op mijn blog te plaatsen. Alvast bedankt.
Groet,
Emanuel
Beste MNb,
Wellicht zul je nog willen tegenwerpen dat een verwijzing naar de orde van de kosmos een slecht argument is voor theïsme. Dit zegt de atheïst in het tweegesprek hierboven immers ook? Welnu, sterke argumenten voor theïsme vertrekken niet vanuit de orde van de kosmos, maar vanuit het feit dat het universum 'against all odds' leven toelaat (zoals het fine-tuning argument doet), of vanuit het feit dat er überhaupt een *contingent* universum is (zoals de Leibniziaanse kosmologische argumenten doen).
Groet,
Emanuel
Beste Emanuel,
Het zal je misschien niet ontgaan zijn dat Jan Riemersma op 22 december het topic fine-tuning ook nog ter sprake brengt op zijn blog: http://delachendetheoloog.blogspot.com/2011/12/finetuning-slider-fysica.html
Bezig met de laatste loodjes aan je proefschrift, is het misschien nu wat veel om daar ook nog even naar te kijken. Hij besluit met: "Gelukkig biedt dit ‘extended antropologische argument’ een begrijpelijk en minder metafysisch alternatief voor de mensen die maar niet kunnen kiezen tussen toeval, God en multiversa."
De meesten hebben hoe dan ook niets te kiezen?
Zowel wegens gebrek aan doorzicht en geschooldheid, als wegens 'diepte' van ervaring. (Via zoekfunctie 143 keer in je masterthesis, meestal zintuiglijke ervaring, en daarna fenomenale ervaring. Ervaren iets van 31 keer.)
'We' gaat steeds uit van het beste van de filosofie en de wetenschap.
(Om van het gezeur over het dichotome seculier-religieus af te zijn: ik voel me, als het dan toch om indelingen moet gaan, toch het beste bij theïsme-agnosticisme-atheïsme, zoals je dat ook elders bij authenticiteit toelaat. - En die twee hoeven niet per se op elkaar betrokken te worden wat betreft inhoud - Zeker als het gaat om de 'basis' van waaruit je andere activiteit in de wereld ontplooit. Met andere woorden je kunt een authentieke agnost zijn, maar dat hoeft niet. Je kunt jezelf maar ten dele kennen?)
Verder: heb nu alles op internet van je gelezen (sommige dingen diagonaal, soms wegens te moeilijk), maar de studie moet nu eigenlijk nog beginnen.
Tja, de gemiddelde mens moet ook wel 'vertrouwen' op taal van anderen, en na herlezing van de eerste paragrafen van je master-thesis: Kants wereld die de wereld-voor-ons moet worden.
Hoevelen vertrouwden op Kant?
Hierboven zeg je: "En wat is er voor ons als mensen nu rationeler om uit te gaan van de huidige stand van zaken in de fysica? Inderdaad, wat zouden we anders kunnen doen?"
Kijk, hier hebben we een soortgelijk probleem: ik moet erop kunnen 'vertrouwen' dat je Stenger kunt weerleggen (met 'Hooft op de achtergrond), terwijl ik de finesses van de achterliggende wiskunde en fysica niet aan kan, zoals de meesten.
Terug naar je intuïtie of ervaring (ook allemaal deels rationeel!) niet voldoende voor keuzen!?
Beste Theo,
Het stukje van Jan had ik inderdaad al eens eerder gelezen. De 'vierde mogelijkheid' die hij noemt is dat de theorieën van de moderne fysica subjectieve binnen-menselijke voortbrengselen zijn en dat wij daarom helemaal niet hoeven te accepteren dat deze theorieën een gegeven buiten-menselijke objectieve werkelijkheid weerspiegelen.
Deze anti-realistische oplossing is niet overtuigend. Natuurlijk is de mens er om überhaupt de interessante vraag naar het waarom van de fine-tuning te stellen (als de mens er niet geweest was, dan was er ook niemand geweest om de vraag te stellen), en natuurlijk zijn de theorieën van de moderne fysica voortbrengselen van de menselijke geest. Maar hieruit volgt natuurlijk niet dat deze theorieën daarom louter en alléén een subjectieve binnen-menselijke constructie zijn. Natuurlijk niet! Het is alleszins redelijk om de these te accepteren dat genoemde theorieën wel degelijk over een gegeven objectieve werkelijkheid gaan, namelijk de kosmos ofwel het universum waarin wij als mensen ons bevinden. Wie deze these niet aanvaardt neemt in feite afstand van de moderne fysica en plaatst zich daarmee buiten het debat.
Wie namelijk niet accepteert dat het redelijk is om er in de discussie van uit te gaan dat de moderne fysica ons iets te zeggen heeft over objectieve werkelijkheid neemt in feite afscheid van de (natuur)wetenschap als legitieme bron van inzicht in een gegeven objectieve werkelijkheid. Dit is zéér anti-wetenschappelijk. Wetenschap krijgt zo immers een status die niet verder gaat dan creatief menselijk verzinsel.
Bovendien, wie suggereert dat de theorieën van de moderne fysica een status hebben die niet uitgaat boven dat van een mooie inventieve menselijke schepping, zal hetzelfde moeten zeggen over de evolutieleer. Jan ontkomt er dus niet aan om ook deze leer af te doen als niets meer dan een mooi creatief subjecief menselijk product! Maar daarmee ondergraaft hij natuurlijk zijn eigen betoog, dat immers op de objectieve geldigheid van de evolutieleer gebaseerd is.
Groet,
Emanuel
Beste Theo,
Voor wat betreft de dichotomie tussen religieus en seculier het volgende. Eerlijk gezegd zie ik het probleem niet zo. Natuurlijk bestaat agnosticisme wel, er zijn immers velen die persistent twijfelen aan het bestaan van God, en deze twijfel kan inderdaad ook heel authentiek zijn. Echter, daarmee is deze twijfel nog geen wereldbeschouwing. Nee, een wereldbeeld vereist, om pas een wereldbeeld te kunnen zijn, dat wij ten aanzien van de ultieme vragen positie kiezen, zoals de vraag of God bestaat. Wie dan toch het agnosticisme wil indelen bij een bestaand type wereldbeschouwing, die ontkomt er niet aan haar als seculier te zien omdat een religieuze wereldbeschouwing, welke het bestaan van God affirmeert, natuurlijk sowieso volstrekt onverenigbaar is met persistente twijfel aan God.
Groet,
Emanuel
Beste Theo,
Je hebt al mijn bijdragen op internet bekeken? Wederom dank voor jouw belangstelling! Je gaf aan opnieuw begonnen te zijn in mijn masterthesis. Nu, mocht je verder willen doorlezen, dan adviseer ik je om XIX t/m XXIII over te slaan. Dit zijn nogal 'technische' hoofdstukken die de vaart uit het verhaal halen, en in feite ook niet essentieel zijn voor het betoog aldaar ;-)
Groet,
Emanuel
Beste Emanuel,
Natuurlijk werk jij met definities. In het geval van seculier-religieus is dat duidelijk genoeg (p= niet q). Je koppelt het aan wereldbeschouwing. Ok, geen moeite met het feit dat je het agnosticisme, onder die omschrijving van religieus(affirmeren van God) dan onder seculiere wereldbeschouwing schaart. Wat ik niet zomaar (wil) begrijpen is dat de 'ietsisten' onder de categorie religieus vallen (want dat affirmeren van God zal bij hen een enorme schaalbreedte hebben, van een bijna ja tot een bijna nee).
Kortom, ik zie nog steeds een probleem: niet de definitie p= niet q is het probleem, maar juist wat er dan 'verstaan' wordt onder het affirmeren van God, zeker als die door jou omschreven wordt als (even uit het hoofd, dus ongetwijfeld niet helemaal correct) 'ultieme oorzaak (grond) van het bestaan, die iemand is, en waarmee een persoonlijke band mogelijk is'. Ik vrees toch echt dat er dan heel wat ietsisten naar de categorie 'seculiere wereldbeschouwing' moeten.
Als het om mensen gaat ben ik sowieso meer gewend te denken in 'maten': van helemaal niet religieus tot zeer religieus. (Vergelijkbaar met schalen waarop je mensen indeelt als: van zeer 'stabiel' tot zeer 'labiel' of welke andere eigenschap ook. En de persistentie van dergelijke eigenschappen varieert ook nog eens in bepaalde levensfasen of zelfs naar omstandigheden.)
Maar ik wil dit punt eigenlijk verder vermijden: dat affirmeren van een 'gedefinieerde' God is mij bovendien te divers om van seculier versus religieus te spreken.
Zoals ik al opperde, ik zal het woord agnosticisme niet meer met die dichotomie in verband brengen, en het gewoon houden bij het rijtje waar het thuishoort: theïsme et cetera.
Wat betreft de 'vaart' uit je verhaal: dank voor die tip, maar dat zal 'vanzelf' wel zo gaan ;-).
En ook maar weer eens goed te zien dat er verschillende opvattingen zijn tussen de verschillende analytisch filosofen.
Voor nu: een succesvol 2012!
Beste Theo,
Je geeft een uitstekende definitie van God, waarin ik mij geheel kan vinden. De kortste definitie die ik hanteer is 'personal first cause'. Jij ook alvast een heel goed 2012!
Groet,
Emanuel
Een reactie posten