vrijdag 12 februari 2021

Materiaal, instrument en produkt van de retor

Het materiaal van de beeldhouwer is steen en dat van de schilder verf en canvas. De redenaar bewerkt ook materiaal. Het materiaal van de orator wordt door hem gevormd tot een redevoering die hij vervolgens uitspreekt. De voordacht zelf is als het actieve levende woord het meest eigenlijke produkt van de redenaar. Het instrument van de redenaar is het geheel van zijn lichaam, zijn stem, zijn gelaat, zijn oogopslag, zijn handgebaren, zijn gebruik van de ruimte, zijn denken, zijn karakter, zijn gemoed en zijn verbeelding. Kortom, het instrument van de orator is zijn hele wezen. Het instrument van de schilder is zijn penseel en het instrument van de beeldhouwer is zijn beitel. Maar de orator is zelf zijn instrument. Wat is echter in meest eigenlijke zin het materiaal van de redenaar? Is dat de taal zelf? De woorden? Of betreft het materiaal van de redenaar alle mogelijke onderwerpen? Of is in laatste instantie het geleefde leven zelf misschien het materiaal van de orator? Ik denk dat het juist is Quintilianus te volgen. Het materiaal van de retor bestaat uit alle onderwerpen die hem kunnen worden voorgelegd om over te spreken. En in beginsel is er geen onderwerp waarover de orator niet zou kunnen spreken nadat hij zich erin verdiept heeft. Het materiaal van de redenaar bestaat dus uit alle onderwerpen als zodanig.

Geen opmerkingen: