donderdag 22 juli 2021

De verlichting die geen verlichting was

Filosofisch gezien was de verlichting geen verlichting. Descartes, Spinoza, Locke, Diderot, Voltaire, Smith, Montesquieu, Beccaria, Hume, Rousseau en Kant wijsgerig diepgaander dan Aquino, Scotus, Ockham, Avicenna, Anselmus, Augustinus, Proclus, Plotinus, Aristoteles, Plato en Heraclitus? Nee, natuurlijk niet.

Men pretendeerde de mens existentieel te verlichten, hetgeen alleen denkbaar is door het inbrengen van wijsheid, van wijze denkbeelden die naar hun aard dan ook wijsgerig zijn. Maar zoals gezegd was men wijsgerig helemaal niet dieper, niet verlichter, dan voorgaande generaties.

Dat men pretendeerde mensen existentieel te verlichten, was ontegenzeggelijk het geval. Maar dát vereist zoals gezegd het inbrengen van wijsheid en dus van wijsgerige inzichten, zodat men alléén werkelijk kan “verlichten” als men wijsgerig dieper is. En precies omdat van diepere wijsgerige inzichten geen sprake was, was er dus ook geen sprake van verlichting.

Geen opmerkingen: